Paragraaf index

45 De papiermolen ’t Hul

Geschiedenis van de molen

Vermoedelijk is de molen ’t Hul de eerste papiermolen op de Orderbeek geweest. Zij is genoemd naar de niet ver daar vandaan gelegen boerderij "het Hul”, die op het terrein stond, waar later de machinefabriek Landaal was. De naam “Hul” duidt op een heuvel maar aangezien er daar m.i. geen heuvel geweest is, is het waarschijnlijker dat zowel de boerderij als de molen naar een grenspol genoemd zijn. De grens tussen de marken van Orden en Wormingen liep namelijk van het huis "de Tent”, oftewel ’t end bij het huidige Station, naar het westen tot Holthuizen en vandaar in zuidelijke richting naar een paal (of pol) bij "de Heeze” (tegenover de voormalige machinefabriek Landaal).

Uitsnede uit de Caert van de Limitten van de hooge Heerlijckheid Het Loo door Leenen uit 1748 met omcirkeld de molenlocatie. De molen is hier zelf niet op ingetekend.

De juiste ligging van de molen was lange tijd onbekend. Wel komt op een kaart van de Hoge Heerlijkheid Het Loo van ca. 1750 het "Hulhuis” voor, maar de papiermolen zelf staat er niet op.

De papiermolen moet een onderslagsrad gehad hebben, want het terrein was niet gunstig voor een bovenslagsmolen.

De molen is voor de eerste keer op een verpondingskaart van 1811 ingetekend. We zien ’t Hul aan de rechterzijde van de Orderbeek, even voordat deze samen met de Beek in het Orderveen uitmondt in de Grift ongeveer op de plek van de latere wasserij J. J. van Delden op de Veenweg 12. Wel is de naam foutief geschreven als “’t Hut”.

Naar het noorden geroteerde uitsnede van een verpondingskaart uit 1811.

Van een papiermolen op de Orderbeek lezen we voor het eerst op 2 november 1619.
Dan pacht ene Caspar Weydeman van de Ordermark de grond voor een molenplaats, gelegen tussen de gronden van Herman Gijsberts en Wouter ’t Orden.
Van deze papiermaker Caspar Weydemans bestaat al een watermerk uit 1614 “merck mít sijn eígen handt geschreven”.

Watermerk Caspar Weydeman - 1614 Bron Reinier Hardonk

Hij was een bekende en professionele papierfabrikant, die zijn sporen ook in het buitenland heeft verdient.

Het eerste pachtjaar zou ingaan "so haest die moelen gangbaer was, ende also nu dese moelen in den jaere 1621 gangbaer was”. Maar de "pampieren man Caspar”, zoals hij in 1623 wordt genoemd, betaalt over de totale pachtperiode geen cent.

Caspar Weydeman doet in 1626 zijn molen in Orden over aan Daniel Martens, een der zoons van de papiermaker Marten Orges.
Ook Daniel Martens voldoet niet aan zijn verplichtingen en in 1633 is de schuld behoorlijk opgelopen. Er is dus vanaf de stichting van de molen, om onduidelijke redenen, nog geen enkele keer pacht betaald.

Tien jaar later blijkt Daniel Martens met "al zijn kinderen” te zijn overleden. De oorzaak is vermoedelijk de pest, die in 1636 veel slachtoffers op de Veluwe maakte.

In 1639 had de toenmalige landdrost van de Veluwe Assueer (Asweer) van Apeltoren, van de rekenkamer te Arnhem het waterrecht verworven van “zekere beekjes zoo ver de buurtschap en mark van Orden strekt, onverkort het recht van drie molens, die op deselve reeds gelegd zijn”. Dit recht was na Assueers dood overgegaan op zijn zoon Frans en betrof ook de Orderbeek.

In 1648 heeft Derk Hendriksen een papiermolen van 4 bakken, terwijl het recht op het water nog steeds toebehoort aan de eerder genoemde Frans van Apeltoren.

In 1701 zit Hendrik Tonis op” ’t Hull”. Dit is de vroegst bekende benaming van de molen.

In 1708 lezen we weer een aantal verwijzingen namelijk “den gemeynen wech tot op den hoek oostwaert nae het Hulsmeulen” en van een omheining “aen de zijde naer het hul”.

In 1713 staat onder Orden de papiermolen weer vermeld als “’t Hul”.

In 1742 vinden we Tonis Henrix Velthuysen genoemd i.v.m. “Hendrik Tonis molen bij ’t Hul”, terwijl in 1747 Hendriekus Veldhuysen daar als papiermaker voorkomt. Hij heeft twee knechten Claas Schurink en Gerrit Arentz en ook nog eens twee meiden.
Hendriekus Velthuysen wordt nog genoemd in 1756, maar in 1764 en 1766 is sprake van een gelijknamige oom.
Diens zoon Hendrik Velthuysen komt voor in 1768 en zelfs nog in 1801.

Omstreeks 1811 wordt een zekere G. Glisweyer vermeld als “papierfabrikeur op ’t Hul. Vermoedelijk is hij echter geen eigenaar maar huurder.

In 1812 verkopen Aaltje Zevenhuizen, weduwe van Hendrik Veldhuizen en dochters Hendrika en Aleida Veldhuizen de vierbaksmolen aan Egbert van Weenum,die het kocht voor zijn vader Berent Egberts van Weenum. Deze was gehuwd met Cornelia Wouters van Asselt. Zij woonden in 1815 op Assel (boerderij Hasloo) en dat was geen plek waar molenaars plachten te wonen, dus het zal waarschijnlijk alleen een investering geweest zijn.

Bij een verkoop in 1818 aan J.J. Vles te Zutphen lezen we, dat "Het Hul” niet meer dan f 2175 "doet”. Daarna lezen we niets meer over de molen.

Geografische positie en bereikbaarheid

GE Hul

De geografische positie van de molenplaats is 52°12'30.38"N 5°57'30.10"E

HA tHulOp de kaart van Hardonk is de molen met nr. 19 aangegeven.

uitsnede sprengen apeldoorn noord

Uitsnede uit een provinciale kaart uit 2007 met de toenmalige beeklopen. Groen is overkluisd en zwart onderbroken is verdwenen.De sterren geven de inmiddels verdwenen molens aan.In dit geval is de molenlocatie van 't Hul langs de Jachtlaan gepositioneerd maar dat is hoogstwaarschijnlijk niet correct.

bekenatlas hul

Uitsnede uit bekenatlas.nl met omcirkeld molen 't Hul en in het zwart de oude beeklopen van de Orderbeek en de Beek in het Orderveen te zien. Waarschijnlijk is dit niet de juiste molenpositie omdat de molen hoogstwaarschjnlijk oostelijker bij de voormalige wasserij van Delden heeft gelegen.

Huidige situatie

Hier ligt tegenwoordig het Monetpark.

Bouwgeschiedenis (evt. tijd en reden voor afbraak)

De molen stond bij de spoorwegovergang in de Jachtlaan en is ca. 1619 als onderslagsmolen gebouwd.
Zij heeft lange tijd als papiermolen met 4 bakken dienst gedaan.
In 1818 is de molen het laatst in een verkoopacte beschreven en vermoedelijk daarna afgebroken.
De daar lange tijd nog aanwezige wasserij en het bijbehorende bedrijfsgebouw zijn ook al weer enige tijd verdwenen.
Inmiddels staat er een woning op het terrein.

Erfgoed ontwikkelings potentie

De loop van de sprengen is in dit gebied herhaaldelijk gewijzigd. Deels is dit te danken aan de aanleg van de spoorlijn. De kaart van de bekenatlas laat goed zien hoe de oude beeklopen geweest zijn.

Erfgoedstatus

Geen.

Foto’s van oude en huidige situatie

Het Hul

 Er bestaat een afbeelding van omstreeks 1790 van een houten onderslagsmolentje aan de rechterzijde van de Orderbeek. Onderslagsmolentje op de Orderbeek, waarschijnlijk ’t Hul, tekenaar onbekend. Afb. uit de 18de eeuw. Later is door Hardonk de notitie toegevoegd dat het niet de molen ’t Hul, maar de watermolen van huis Vorden zou moeten zijn. De reden hiervoor zou volgens een criticus de grote gelijkenis moeten zijn. Dit is m.i. niet bewezen aangezien veel molens in die tijd het zelfde bouwprincipe volgden. De tekening is in het archief in Apeldoorn aanwezig.

PJ Mak 1929 watermolen

Een onderslagmolentje in Apeldoorn door Pieter Johannes Mak. Mogelijkerwijs gaat het hier over de molen 't Hul en zien we de Orderbeek - 1929

landaal

Luchtopname van smederij Landaal van 1921 - bron KLM Aerocarto

Landaal 1888

Smederij Landaal in 1888 - Bron Dick de Graaf

afb 2

nr.1 is wasserij Karreman,nr 2 is Landaal,  nr.3 is de locatie van ’t Hul en later wasserij Delden- Foto 1938 - Defensie - bron Dick de Graaf

monnetpark1

Gezicht op de plek van de molen in het het Monnetpark vanuit de hoek Europaweg - De Heze / 2020 - Foto Henk Weltje