43 Papiermolen Tepelenberg
Geschiedenis van de molen
In 1678 wordt door Gerrit Warners en Derck Henricksen een huis en hof, genaamd de Tepelenbergh, aan Willem van Ulft, heer tot Laeckhuysen, Loo enz. verkocht. Er is dan nog geen sprake van een molen en deze moet kort daarna, omstreeks 1680, opgericht zijn.
Het water boven de molen werd zijwaarts afgeleid naar de oude bedding van de Grift, waarbij het rad dan dwars op de richting van de bovenbeek kwam te staan. De Tepelenberg is een voorbeeld van een dergelijke dwarsliggende molen.
Er is weleens gesuggereerd dat de naam van de locatie te maken had met het min of meer aftappen van water naar het rad. Het woord tepel zou dan van het woord aftappen geweest kunnen zijn kunnen zijn. Dit is echter niet waarschijnlijk omdat de plek al zo heette voordat er een molen was. De benaming “berg” moet ook met een korreltje zout genomen worden.
De molen werd ter hoogte van de voormalige Julianastraat gebouwd op de plek waar nu een parkeerplaats van het voormalige Centraal Beheer complex is. Er was daar een dwarsverbinding tussen de Grift en de onderbeek van het Slop (de Driehuizerbeek).
De pas gebouwde molen komt in 1684 bij de aankoop van het Oude Loo in het bezit van stadhouder Willen III en blijft tot 1749 eigendom der Oranjes.
Ene Jan Jansen Corthals is in 1732 pachter van de "papiermolen den Tepelenbergh” en in 1747 zijn Jacob Zevenhuizen en Gerrit Reinholt de pachters.
In 1748 zijn de molen en het woonhuis op 19 november ’s avonds om 10 uur door “ongeluk verbrant sonder dat men heeft kunnen ontdekken van oorsaek”. Het was winter dus er kan best een kachel de oorzaak zijn geweest. Er waren veel brandbare materialen en branden bij papiermolens waren niet ongebruikelijk.
Kort daarop op 23 januari 1749 wordt alles van Zijne Hoogh., den Prince van Orange en Nassau, Joh.H. Rochet, rentm. der domeinen aan Cornelis Gerrits verkocht. Het betreft alle overgebleven materialen en goederen van de afgebrande papiermolen van de Tepelenberg met de standplaats voor 1000 Caroli gulden.
Cornelis Gerrits mag dan op eigen kosten een nieuwe papiermolen timmeren en voor de grond en waterpacht betalen. Hij pakt het voortvarend aan en er zijn in dat jaar 4 knechten en meiden. Hij had ook wel wat goed te maken want kort hiervoor was hij gevangen gezet voor het stelen of helen van vilten.
Pas in 1775 verkoopt de papiermaker Cornelis Gerrits aan Toniss Jansen Box en Elisabeth Toniss hun 3/ 4 deel in de waterpapiermolen op de Tepelenberg, terwijl de papiermaker Hendrik Cornelis zijn vierde deel verkoopt van de 5 baks papiermolen, waaronder 2 bakken met 6 hamers. Verder het huis, hof, molenhuis, bergschuur enz. Op de molen rust een jaarlijkse erfpacht van f 42 voor grond en water, die nog steeds te betalen is aan de domeinen van Het Loo.
In 1815 gaat de papiermolen over aan Lambert en Arend uijt den Bogaard, kooplieden te Amsterdam.
In 1852 verkopen Gerrit en Arend uit den Bogaard te Amsterdam aan Gerrit uit den Bogaard, papiermaker te Apeldoorn de molen.
De boedel bestaat uit een 6 baks waterpapiermolen, met waterraden (er is inmiddels meer dan één rad), molenhoofd, molenas, wrijfbak, walsen, persen en verder gereedschap, daaraan verbonden woonhuis, een daarnaast staand later nieuw gesteld huis met annex pakkamer of werkplaats en bergplaats voor lompen, bouwschuur, hangschuur, een gebouw tot blekerij ingericht.
In 1852 is dus er ook opeens sprake van een blekerij en dat duidt op een overgang naar een wasmolen.
Het wordt nog steeds de Tepelenberg genoemd en was gelegen aan “den Brink”. De erfpacht als waterpacht is ook nog steeds f 42, - aan het Domein”. De inflatie viel in die tijd dus erg mee.
Op 2 mei 1862 zijn de eigenaars van de beek (de Grift) Lucas Dijkgraaf en cons., Christiaan Geurts en Gerrit uit den Bogaard Klaasz. Een week later ruilen G. uit den Bogaard Klz. en J. B. Hügenholtz de 6 baks papiermolen Tepelenberg en de bouwplaats Driehuizen met elkaar. Er wordt nogal wat geschoven want kort daarna, op 15 augustus, verkoopt Hügenholtz de helft van de papiermolen aan W. Pook van Baggen.
Ook in 1864 is er alweer een veiling om alles te verkopen maar of dat gelukt is, is niet zeker.
Advertentie in de Apoornsche Courant van 10 december 1864, betreffende de veiling "bij inzaat en toeslag" van de in werking zijnde zes-baks Water-Papierfabriek de Tepelenberg genaamd" met hare "groote waterkracht".
Op 31 december 1869 vormen Pook van Baggen en H. N. Schutstal van Woudenberg een N.V. "Van Baggen en Compagnie”. Hügenholtz blijkt dan geen bezitter meer te zijn van de andere helft van de molen. De vennootschap "Van Baggen en Compagnie” heeft geen lang leven en wordt 4 juli 1873 reeds ontbonden. Pook is nu alleen de eigenaar.
Pook had volgens dit artikel uit 4 juli1874 wel een probleem met zijn grond omdat de spoorlijn er overheen gelegd ging worden.
Pook doet in 1877 de Tepelenberg voor f 15.000 over aan de Amsterdammer Bernard Herman Wűbbe. De koper zal de jaarlijks verschuldigde erfpacht van ’t water - nu f 33,60 - voor zijn rekening nemen. Deze is dus zelfs verminderd. Wűbbe adverteert op 16 augustus 1879, dat hij "zijn voormalige papierfabriek” heeft ingericht tot "een Wasch- en Bleekerij met Strijkinrichting” terwijl in maart 1880 de verkoop van de inventaris der vroegere papierfabriek "De Tepelenberg” plaats vindt, zulks op verzoek van de heer Wűbbe.
In 1875 werd er nog een schepper gevraagd.
In 1879 is het bedrijf opeens een wasserij vanuit de voormalige papierfabriek.
Nog geen drie jaar later verkoopt deze zijn wasbedrijf, dat nog steeds van waterkracht gebruik maakt, aan Martinus Johannes van Alphen, bleker te Apeldoorn. Daarna wordt de voormalige molen vanaf 1885 geheel omgezet in een machinale wasinrichting.
In 1925 is er nog maar één waterrad in gebruik.
In 1933 wordt het gebruik van waterkracht hier genoemd als van weinig betekenis. De riolering van de Grift in 1936/1937 betekende definitief het einde van het gebruik van waterkracht.
In 1943 blijkt uit een advertentie dat de wasserij is “verplaatst” naar de Brinkdwarsstraat 18. De reden is echter dat de Duitsers in 1942 alle straatnamen van het Koningshuis hebben omgedoopt.
Toch is er nog in 1948 sprake van een 1ste Apeldoornse stoomwasserij op de Julianastraat 18, al is het naamloos en dus niet meer verbonden met de naam van Van Alphen. Hierna lijken de werkzaamheden definitief beëindigd te zijn.
Geografische positie en bereikbaarheid
Reproductie van een kaart van Broekhuyzen uit 1708. De Noordrichting van de oorspronkelijke kaart was niet helemaal wat we tegenwoordig zouden accepteren.
De oorspronkerlijke kaart uit 1708 met de Tepelenberg. De kaart is nu naar het noorden geroteerd.geroteerd.Rechts 't Hof waar later de Hofstraat zal komen.
Verpondingskaart uit 1811.
Schets uit 1882 met het molencomplex.
De geografische positie van de molen is 52°12'30.38"N 5°57'30.10"E
Op de kaart van Hardonk is de molen met nr. 16 aangegeven.
Kaart van Hardonk uit 1970 waarin hij mooi de locatie van de molen Tepelenberg in het sterk veranderde gebied heeft weergegeven.
Huidige situatie
Tegenwoordig is er een parkeerplaats aanwezig in een parkachtig gebiedje. Tot voor kort kon men hier met campers overnachten.
Bouwgeschiedenis (evt. tijd en reden voor afbraak)
1678 Huis en hof, genaamd de Tepelenbergh, aan Willem van Ulft, heer tot Laeckhuysen, Loo enz. verkocht.